19 Financiering en algemene dekkingsmiddelen

Onder het programma financiering en algemene dekkingsmiddelen worden de inkomsten- en uitgaafbudgetten geraamd van de volgende begrotingsposten:

  • Gemeentefondsuitkeringen
  • Gemeentelijke belastingen (OZB-, precario-, toeristen- en baatbelasting)
  • Financierings- of treasury(rente) resultaat
  • Algemene reserveverrekeningen
  • Stelposten voor nog aan de programma's toe te delen budgetten
  • Post onvoorzien

De inkomsten worden als algemeen dekkingsmiddel ingezet ter financiering van de activiteiten op de overige programma's.

Gemeentefondsuitkeringen
Via het gemeentefonds ontvangen wij de volgende uitkeringen:

  • algemene uitkering (AU)
  • integratie-uitkeringen (IU)
  • decentralisatie-uitkeringen (DU)

De uitkeringen hebben alle het karakter van vrij besteedbare middelen. Echter de decentralisatie-uitkeringen bestaan uit een zeer divers scala aan uitkeringen (voorheen specifieke- of doeluitkeringen) en kunnen in bepaalde gevallen gebaseerd zijn op prestatieafspraken en zijn daarmee minder of niet vrijblijvend. Ook ontvangt Zwolle decentralisatie-uitkeringen uit hoofde van centrumgemeenten.

Belangrijke ontwikkelingen in 2016 zijn:
Vanaf 2016 worden diverse aanpassingen in het verdeelstelsel van het gemeentefonds doorgevoerd, bijvoorbeeld de tweede en laatste fase van het groot onderhoud aan verdeelsystematiek, maar ook de overstap van verdeling op basis van historische kosten naar een objectief verdeelmodel bij de Wmo en Jeugd.
De verdelingssystematiek van het onderdeel beschermd wonen is nog in onderzoek en zal op z'n vroegst per 2017 ingaan.

De ramingen in dit programma zijn gebaseerd op de meicirculaire 2015 van het gemeentefonds. (Via een afzonderlijke informatienota bent u in juni jl. over de uitkomsten daarvan geïnformeerd.) In totaal verwachten wij in 2016 € 259 mln. te ontvangen, dat is € 1 mln. minder dan wij in 2015 op basis van de meicirculaire verwachten te ontvangen.

Gemeentefondsuitkeringen obv meicirculaire 2015

(bedragen x € 1 mln.).

2015

2016

Algemene uitkering

104

109

Integratie-uitkeringen (WMO 'oud')

8

7

Integratie-uitkering sociaal domein (nieuw)

130

126

Decentralisatie-uitkeringen

18

17

Totaal gemeentefonds

260

259

De stijging bij de algemene uitkering is vooral het gevolg van de naar beneden bijgestelde raming over 2015. Op de integratie-uitkering WMO 'oud ' is de laatste fase van de rijkskorting doorgevoerd. De daling van de integratie-uitkering sociaal domein is nagenoeg geheel toe te schrijven aan het onderdeel jeugd. Deels is het een gevolg van overheveling zorgtaken naar de Wlz (Wet langdurige zorg) en deels betreft het een extra korting in combinatie met herverdeeleffecten vanwege een andere verdeelmethodiek van het macrobudget.
Het totaal van de decentralisatie-uitkeringen neemt af vanwege het wegvallen van de eenmalige uitkering voor huishoudelijke toelage.

Uitkomsten septembercirculaire gemeentefonds  
De uitkomsten van de septembercirculaire konden niet meer in de budgetten van het programma worden verwerkt. Wel is het totaaleffect in 2016 (voordeel € 1,45 mln.) in de begrotingsuitkomst meegenomen. Verwerking in de programmabudgetten vindt bij eerste wijziging op de begroting 2016 plaats..
In bijlage 4 (Uitkomsten septembercirculaire 2015) zijn de uitkomsten nader toegelicht.

Gemeentelijke belastingen
De OZB tarieven en de tarieven voor de precariobelasting dalen in basis met 0,25% vanwege de koppeling met de kostenontwikkelingen. De lagere loonkosten over de afgelopen jaren worden in 2016 in de gemeentelijke tarieven gecorrigeerd. Daarnaast is de bezuinigingsopbrengst via heffen aan de poort verwerkt door een verlaging van de afvaltarieven en een verhoging van de OZB tarieven. Het tarief voor de toeristenbelasting blijft ongewijzigd  Voor nadere informatie verwijzen wij u naar de verplichte paragraaf lokale heffingen en de tarievennota 2016.

Vennootschapsbelasting
Vanaf 2016 worden overheidsinstellingen belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. De wet is inmiddels door de Eerste Kamer aangenomen. Echter omtrent de exacte interpretatie van de wet zijn de gemeenten nog met de belastingdienst in overleg en bestaat er nog onvoldoend inzicht in de te maken administratieve lasten en te betalen belasting. Eind 2015 / begin 2016 verwachten meer inzicht in de gevolgen van de vennootschapsbelasting te krijgen. Zie ook de vermelding in de verplichte weerstandsparagraaf (risicoanalyse).

Financiering/renteresultaat
Het resultaat op de te financieren begrotingsposten en geactiveerde investeringen is voor 2016 geraamd op € 8,8 mln. voordelig.
De raming is berekend conform de enige tijd terug vastgestelde rentenotitie, waarbij de belangrijkste uitgangspunten zijn:

  • reële raming van de komende jaren te verwachten investeringsuitgaven en - inkomsten. (fasering in jaarschijven)
  • de door te belasten rente aan de programma's baseren op het gemiddelde renteniveau van een 10 jaars lening bij de BNG (voor 2016 berekend op 3,5%, volgens de afgesproken methodiek).
  • De her te financieren gelden en nieuw aan te trekken gelden voor investeringen zijn voor 2016 en verder gelijk gesteld aan de omslagrente van 3,5%.
  • Voor kort geld hanteren wij in 2016 1,5% en vanaf 2017 op basis van de afgesproken berekeningsmethode 2,0%.
  • Aan reserves en voorzieningen wordt in principe geen rente toegevoegd, tenzij er bijzondere afspraken gelden.
  • De rentekosten worden via een renteomslagpercentage van 3,5% door belast aan de activaposten (investeringen).

Een nadere toelichting is opgenomen in de verplichte paragraaf financiering.

Onvoorzien
De post onvoorzien (incidenteel) bedraagt € 500.000 en maakt onderdeel van het weerstandsvermogen. ZIe de verplichte paragraaf weerstandsvermogen en risico's.

Reserveverrekeningen

Algemene onttrekkingen of stortingen van het begrotingsresultaat worden verrekend met de algemene concernreserve. Specifieke onttrekkingen aan reserves voor programma-uitgaven worden direct op het betreffende programma verantwoord.